Klimaatpaniek en Kritisch denken


In dit artikel begeef ik mij ver buiten mijn vakgebied om de lezer een kijkje te geven in het gedachteleven
van hoogopgeleid Nederland.

Bezoekende familieleden verblijden mij regelmatig met hun uitgelezen kranten en tijdschriften.
Deze keer betreft het PSYCHOLOGIE magazine (aflevering 6, 2019) dat op de voorpagina twee artikelen aankondigt:
    1. “Eerste hulp bij klimaatpaniek”.
    2. “9 lessen in kritisch denken”.
Kritische lezers zullen een verband tussen deze onderwerpen vermoeden,
maar daarvan is bij de redactie van PSYCHOLOGIE niets te bespeuren.

Help de wereld vergaat

Dat is het opschrift bij het eerste artikel.
    De wanhoop over het klimaat kan zo groot worden dat de diagnose “eco-anxiety” van toepassing is.
    Hoe dealen we met die angst?

Meteen vallen de Engelse woorden op. Dat staat. Wat houdt die angst concreet in?
Van klimaatangst is volgens het artikel sprake als je wakker ligt van de gedachte aan:
    Utrecht aan zee, uitstervende diersoorten, plastic rietjes die in de oceaan terechtkomen,
    bosbranden en sneeuwstormen.
(DD: milieu, ecologie en klimaat slordig op één hoop gegooid, kritiekloos overgepent van activisten).
Het artikel vervolgt met enkele wetenschappers (meteoroloog, poolonderzoeker,bioloog)
die hun tranen niet meer te kunnen bedwingen bij de smeltende ijskappen en alleen
dankzij psychotherapie hun werk nog kunnen doen.
(DD: autoriteits- en zieligheidsargumenten ineen).

Maar ook niet-wetenschappers voelen zich volgens het artikel ongemakkelijk:
schone lucht voor onze kinderen wensen, maar wel de auto pakken.

Het gevolg is Cognitieve Dissonantie, meestal weggestopt door onszelf wijs te maken dat het met de klimaatverandering wel meevalt.
Dan komen de vijf fasen van klimaatrouw. Rouw omschreven als reactie op verlies.
In dit geval veiligheid, biodiversiteit, vertrouwen in de mensheid en de autoriteiten.

Fase 1.

Ontkenning. De werkelijkheid is te pijnlijk. Klimaatontkenners verkeren in deze fase.
(DD: wat is een klimaatontkenner? Zijn er ook aarde, zon en maanontkenners?)

Fase 2.

Boosheid. De werkelijkheid begint door te dringen.
(DD: zie klimaatmeisje Greta)

Fase 3.

Offeren. Geen vlees eten om naar een vakantieoord te vliegen.
Elektrisch rijden of auto wegdoen om te blijven shoppen.
Zonnepanelen op het dak.

Fase 4.

Verdriet en depressie. De gedachte dat er niets meer aan de problemen is te doen en autoriteiten het laten afweten.

Fase 5.

Aanvaarding dat één persoon de wereld niet kan dragen. De angst verdwijnt.

Nu zou het magazine zijn naam niet waard zijn als geen professionele hulp werd geboden
oftewel de beroepsgroep geen graantje van de klimaatpaniek zou meepikken.
De American Psychological Association heeft in 2017 eco-anxiety tot officiële diagnose verklaard.
Psychotherapeut Davenport:
    Eco-anxiety is een heel gezonde reactie op klimaatverandering, gezonder dan ontkenning.
De term “pre-traumatische stress” valt, de angst voor wat mogelijk kan gebeuren.
(DD: dat heet toch gewoon paniekzaaierij?)
Davenport raadt aan om te leren leven met onzekerheid maar wel “te doen wat je kunt”.
Dat laatste betreft bijvoorbeeld het zaaien van planten die bijen en vlinders aantrekken.
Die insecten hebben het namelijk heel moeilijk.
In Engeland zijn door psychotherapeute Randall (2006) de “Carbon Conversations” opgericht
waar angstige gelijkgestemden samen komen om hun voetafdruk (CO2 uitstoot)
door gedragsverandering te beperken.
Het Nederlandse vervolg hierop zijn de “KlimaatGesprekken”, therapeutische sessies die inmiddels
op zo’n 40 plaatsen in het land worden gehouden.

Nu het tweede artikel:

9 lessen in kritisch denken

Leugens vermomd als waarheid. Waarom trappen we in drogredenen?

(1)Anekdotisch bewijs en overgeneralisatie.

“het sneeuwt vandaag dus het zal wel meevallen met die opwarming van het klimaat”.

(2)Doemscenario of hellend vlak.

De doemprediker extrapoleert wat cijfers uit het heden aangedikt naar de toekomst.
Angst werkt mentaal verlammend zodat wij erin trappen.

(3)Cherry picking.

Onwelgevallige feiten weglaten.

(4)Valse tweedeling.

Tweedeling suggereren. Dat appelleert aan onze neiging tot hokjesdenken.
Wie niet voor is is tegen mij.

(5)Vals compromis.

Klimaatsceptici: “de mens draagt niets bij aan de opwarming van de aarde”.
Alarmisten: “de mens verwoest de aarde met zijn levensstijl”.
De waarheid zal dan wel ergens in het midden liggen denkt de doorsnee lezer.
Gewoon een beetje bewuster leven en het komt wel goed.
Wij trappen er in omdat wij een voorkeur hebben voor redelijke oplossingen en de vrede willen bewaren.
Vooral mensen met weinig kennis van zaken zijn voor deze redenatie gevoelig.

(6) Beroep op autoriteit.

Dat kan een persoon zijn: wetenschapper of gezaghebbende instantie.
Maar wetenschappers hebben slechts kennis van een beperkt gebied, universele kennis is hen niet aan te rekenen.
Wie is bijvoorbeeld klimaatwetenschapper?

(7)Stropop.

Wij vallen karikaturen aan en trappen erin als door gebrekkige kennis de overdrijvingen en verdraaiingen niet opvallen.

(8)Suggestie van causaliteit.

Samenhang wordt gesuggereerd terwijl het verband evengoed omgekeerd kan zijn.
De mens is evolutionair gespitst op het zien van verbanden.
Het gevaar is dat we ook verbanden zien waar ze niet zijn.

(9)Op de man spelen.

Een negatieve niet inhoudelijke bewering moet de geloofwaardigheid van een persoon in twijfel trekken.

Ik wil daar nog twee punten aan toevoegen:

(DD: 10)Zwichten voor persoonlijk gewin en zelfbevestiging.

Wij omarmen ideeën die ons voordeel opleveren.
Winstbejag onderdrukt het stellen van kritische vragen.
Daarnaast verwerpen we ideeën die ons functioneren in een groep schaden.
Je zou dit het “Diederik Stapel” argument kunnen noemen.

(DD:11)Heiligverklaring

Dat plaatst argumenten boven elke discussie.
Wederom is klimaatmeisje Greta een voorbeeld want zij is gelijk een heilige.
Op kinderen en ook heiligen laat je nu eenmaal geen maatschappijkritiek los.
Nauw verwant hieraan is morele (zelf) verheffing:
de doelstellingen zijn dermate nobel dat de criticus in een crimineel daglicht komt te staan.
Voorbeeld is de verwijzing naar "de toekomst van onze kinderen".
Daarbij maakt het niet uit dat wij de toekomst niet kennen en van het klimaat nog lang niet alles begrijpen.

Tot zover deze twee artikel in het PSYCHOLOGIE magazine.
Conclusies laat ik gaarne aan de lezer over.

Het is komisch in een tijdschrift met wetenschappelijke pretenties deze artikelen naast elkaar aan te treffen.

Links:

coming to terms with eco-anxiety
mental-health-and-climate
uit onbetrouwbare bron
groepsdenken
ons feilbare denken
klimaatgesprekken